Teruggave registratierechten uitgesloten bij minnelijke ontbinding koopovereenkomst

De teruggave van registratierechten is uitgesloten bij minnelijke vernietiging, ontbinding of herroeping van een overeenkomst. Aldus werd geoordeeld door de Rechtbank van Eerste Aanleg in Brugge (Rb. Brugge, 15 maart 2004, R.W. 2007-2008, 294).

De Rechtbank van Eerste Aanleg in Brugge werd geconfronteerd met een vordering tot teruggave van registratierechten. Bij de beoordeling van deze vordering werden de principes
m.b.t. dergelijk verzoek tot teruggave door de rechtbank duidelijk gesteld. Krachtens artikel 208 W.Reg. is de teruggave van regelmatig geheven rechten, welke ook de latere gebeurtenissen zijn, in principe niet mogelijk. Slechts in uitzonderlijke gevallen kan er sprake zijn van teruggave van registratierechten. Dit wordt duidelijk gesteld in artikel 209, 2° en 209, 3° W. Reg.

■ Valse akte

Artikel 209, 2° W.Reg. stelt dat de teruggave van de registratierechten uitzonderlijk mogelijk is wanneer de evenredige rechten geheven zijn hetzij wegens een akte die vals verklaard is, hetzij wegens een overeenkomt die uit hoofde van nietigheid ongedaan werd gemaakt door een in kracht van gewijsde gegaan vonnis of arrest.

Artikel 209, 2° W.Reg. is bijgevolg slechts van toepassing op verkoopovereenkomsten die vals verklaard werden of die het voorwerp uitmaakten van een nietigverklaring door rechtbanken of hoven.
Artikel 209, 3° W.Reg. heeft daarentegen betrekking op de ontbinding of de herroeping van de overeenkomst. Krachtens artikel 209, 3° W.Reg. is de teruggave van de registratierechten uitzonderlijk mogelijk wanneer de overeenkomst ontbonden of herroepen werd in een in kracht van gewijsde gegaan vonnis of arrest. De rechtbank oordeelde dat op grond van artikel 209, 2° en 3° W.Reg. de teruggave van de registratierechten uitgesloten is bij een minnelijke vernietiging, ontbinding of herroeping van de overeenkomst.

■ Wet Breyne

Wanneer de verkoop tussen partijen minnelijk beëindigd werd ingevolge de bepalingen van de Wet Breyne kan er volgens de rechtbank geen sprake zijn van teruggave van de op de onderhandse akte geheven registratierechten. De rechtbank oordeelde dat de eis dat de nietigverklaring, ontbinding of herroeping moet vervat zijn in een in kracht van gewijsde gegaan vonnis of arrest te verklaren is door de bekommernis van de wetgever om het recht tot teruggave strikt te beperken tot de gevallen waarin de nietigheid, ontbinding of herroeping op onbetwiste wijze is vastgesteld.


Didier DHAENENS

Advocaat in Antwerpen

Vastgoed info 2007, afl. 19, 2-3